Leeftijdsdiscriminatie op de arbeidsmarkt

Dat oudere werkzoekenden er veel langer over doen dan jongere heeft mogelijk te maken met leeftijdsdiscrimnatie. Dat staat in een publicatie van het CBS over sociaaleconomische trends, getiteld ‘Oordelen over jongere en oudere werknemers’.

Daarin wordt geconcludeerd dat oudere werknemers over het algemeen negatiever worden beoordeeld dan jongere collega’s. Ouderen zijn weliswaar loyaal, stressbestendiger en nauwkeuriger in hun werk, maar ze zijn ook duurder dan jongeren. Verder worden ze als minder flexibel, minder handig in het toepassen van nieuwe technologieën en minder bereid tot het volgen van cursussen gezien dan jongere werknemers.
Bij het vellen van het oordeel over werknemers speelt de leeftijd van degene die een oordeel uitspreekt eveneens een rol. Zo beoordelen jongeren oudere werknemers meestal negatiever dan jongere. Ouderen doen overigens het tegenovergestelde. 
Ook opleidingsniveau speelt een rol bij de perceptie van werknemers: hoger opgeleiden hebben vaak een positiever beeld van jongere werknemers en een negatiever beeld van oudere werknemers. Herkomstgroep en geslacht van de beoordelaar spelen een minder grote rol bij de perceptie over jongere en oudere werknemers.
Tussen de percepties van leidinggevenden en niet-leidinggevenden bestaan nauwelijks
verschillen. Deze zijn er evenmin tussen werknemers die beslissingen mogen nemen over
personele zaken en werknemers die dit soort bevoegdheden niet hebben.
Cookieinstellingen