Een oplossing voor schulden! (V) – De toets aan de poort van de wettelijke schuldsaneringsregeling 

In de eerste drie artikelen met de titel ‘Een oplossing voor schulden!’ kunt u lezen over het te volgen traject alvorens er een beroep kan worden gedaan op de wettelijke schuldsaneringsregeling en de toelatingsvereisten en afwijzingsgronden waarop de rechtbank een verzoek toetst.

 angelique-portret-0005-30-25
Angelique Bouwens

Zodra iemand een beroep doet op de wettelijke schuldsaneringsregeling toetst de rechtbank het verzoek aan de toetsingsgronden zoals opgenomen in artikel 288 van de Faillissementswet (Fw). In artikel 288 Fw staan drie vereisten waaraan een verzoeker dient te voldoen en vier gronden waarop een verzoek dient te worden afgewezen door de rechtbank.
In de vorige publicatie is het eerste vereiste aan bod gekomen, zoals opgenomen in artikel 288 lid 1 sub a Fw. Het vereiste dat voldoende aannemelijk is dat de schuldenaar niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden. Kortom, er dient daadwerkelijk sprake te zijn van een uitzichtloze problematische schuldensituatie.
In deze publicatie zal aandacht worden besteed aan het tweede vereiste, opgenomen onder artikel 288 lid 1 sub b van de Faillissementswet, namelijk dat het verzoek slechts wordt toegewezen indien voldoende aannemelijk is dat de betreffende verzoeker ten aanzien van het ontstaan of onbetaald laten van zijn schulden in de vijf jaar voorafgaand aan de dag waarop het verzoekschrift is ingediend te goeder trouw is geweest. 
Bij deze toetsingsvereisten geldt dat het aan de verzoeker is om ten aanzien van de rechtbank aannemelijk te maken dat aan de gestelde vereisten wordt voldaan. Met betrekking tot het eerste vereiste zal de schuldenaar zijn verzoek dienen te voorzien van stukken waaruit blijkt dat er sprake is van een uitzichtloze problematische schuldensituatie. Hierbij kan worden gedacht aan gegevens omtrent inkomsten, uitgaven en schulden. Ten aanzien van het tweede vereiste geldt dat de verzoeker aannemelijk dient te maken dat hij of zij te goeder trouw is geweest ten aanzien van het laten ontstaan en onbetaald laten van de schulden. De vraag die hier in eerste instantie aan de orde is betreft “wat is de oorzaak van de schulden?”.
Het begrip “goede trouw” in dit artikel is een gedragsmaatstaf waaraan concrete gedragingen van de schuldenaar getoetst moeten worden, rekening houdende met alle omstandigheden van het geval. Daarbij spelen een rol de aard en de omvang van de vorderingen; het tijdstip waarop de schulden zijn ontstaan (waarbij de periode van vijf jaar belangrijk is); de mate waarin de schuldenaar een verwijt kan worden gemaakt dat de schulden zijn ontstaan en of onbetaald gelaten; het gedrag van de schuldenaar voor wat betreft zijn inspanningen te voldoen of acties zijnerzijds om verhaal door schuldeisers juist te frustreren. 
De goede trouw als gedragsmaatstaf betreft een open norm, waarbij het aankomt op de waardering door de rechter van de feiten en omstandigheden van het concrete geval. De feiten en omstandigheden zullen in deze door verzoeker (zoveel als mogelijk) door middel van schriftelijke stukken moeten worden gegeven.
Concrete redenen waarom de rechtbank het verzoek zal afwijzen kunnen bijvoorbeeld zijn gelegen in het feit dat iemand schulden heeft vanwege het plegen van uitkeringsfraude, schulden is aangegaan terwijl hij of zij tevoren wist of had kunnen weten dat deze schulden niet (tijdig) konden worden betaald, schulden zijn ontstaan door verslavingsproblematiek, substantiële geldboetes zijn ontstaan door verkeersovertredingen, schulden heeft aan het UWV of Belastingdienst die betrekking hebben op een opgelegde boete en/of het niet nakomen van aangifteverplichtingen e.a.
Indien de rechtbank oordeelt dat een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling wordt afgewezen is tegen deze beslissing hoger beroep mogelijk. De beroepstermijn van acht dagen is een korte en strikte termijn. Indien de verzoeker het niet eens is met de beslissing van de rechtbank wordt geadviseerd spoedig contact te zoeken met een advocaat gespecialiseerd in de wettelijke schuldsaneringsregeling.
Als u juridische bijstand nodig heeft kunt u contact opnemen met onze specialist op het gebied van Insolventierecht, waaronder de wettelijke schuldsaneringsregeling, mr Angelique Bouwens.
Cookieinstellingen