Tijdens de rondevergadering van oktober 2020 over de Visie Vrijetijdseconomie Zuid-Limburg 2030 heeft de CDA-fractie aandacht gevraagd voor het mijnverleden van Geleen.
Van dat verleden is eigenlijk alleen nog de voormalige loonhal van Staatsmijn Maurits aan de rand van het Mauritspark een zichtbaar overblijfsel. Het gebouw is nu in handen van Paes Vastgoed B.V.
Het is voor de inwoners van de gemeente van groot belang de mijnhistorie van Geleen in de uitwerking van de Visie Vrijetijdseconomie Zuid-Limburg de aandacht krijgt die het verdient. De voormalige loonhal en de Kompelroute moeten worden meegenomen in de uitwerking van de verhaallijnen. Bij de uitwerking daarvan zouden dan ook lokale belanghebbenden, zoals Heemkundevereniging Geleen, Stichting Museum en Expositie Geleen (MEG) en de Stichting Cultuurhistorische Uitgaven Geleen (SCHUG) betrokken moeten worden.
De CDA-raadsfractie wil ten aanzien van de verdere uitwerking van de Visie Vrijetijdseconomie Zuid-Limburg 2030 van het College van B&W horen hoe het daarin momenteel staat met de aandacht voor het mijnverleden van Geleen. Volgens de fractie zijn SCHUG, SMEG en Heemkundevereniging daar eveneens nieuwsgierig naar.
De fractie stelt dat het loongebouw van de voormalige Staatsmijn Maurits behouden moet blijven vanwege de betekenis ervan in de geschiedenis van Geleen en vraagt het College of het bereid is om daarover van gedachten te wisselen met de Paes Vastgoed, sinds 2016 de eigenaar van het gebouw.
Tenslotte vraagt de fractie om de openbare ruimte rondom de voormalige loonhal op orde te brengen.
