In het verkeer zijn vorig jaar meer overtredingen opgemerkt dan in 2020. Het gaat om meer dan acht miljoen overtredingen. Dat zijn er meer dan in 2020.
Veel (snelheids)overtredingen werden “technisch” gezien, dus door middel van een flitspaal en trajectcontrole.
Effect van corona
Het verschil tussen de twee jaren ligt onder meer aan corona. In 2020 deed de overheid namelijk een oproep om zoveel mogelijk thuis te blijven vanwege de pandemie. Een jaar later gingen weer meer mensen de weg op.
Kenteken
De stijging heeft ook te maken met de inzet van technische middelen. Zo werden ruim 7,5 miljoen overtredingen opgemerkt doordat een kenteken werd geregistreerd. Dat zijn er 300.000 meer dan in 2020. Ook nam de politie in de tweede helft van 2021 de MONOcam tegen handheld bellen in gebruik.
Het aantal bekeuringen doordat agenten bestuurders staande hielden nam af (van 556.304 naar 499.375 in 2021). Dit heeft onder meer te maken met de grote politie-inzet die gevraagd werd tijdens de coronacrisis. Politiemensen waren elders ook hard nodig.
Te hard rijden
De meeste boetes waren voor mensen die met een te hoge snelheid reden; 6.641.936. In 2020 waren dit 6.364.857. Het gros werd geconstateerd met handhaving op kenteken. Flitspalen en mobiele radarsets registreerden respectievelijk 2,8 miljoen en 1,5 miljoen hardrijders. Het aantal overtredingen bij trajectcontroles kwam net boven de 2,1 miljoen uit.
Het gemiddelde boetebedrag voor een verkeersovertreding was € 81,15 (€ 81,38 in 2020). Voor te hard rijden lag dit gemiddelde bedrag op € 63,60 (€ 64,19 in 2020).
