Limburgse boeren spraken met minister Van der Wal

Foto: SGN

Minister van der Wal van Natuur en Stikstof bracht maandag een bezoek aan Limburg.

In Echt praatten ondernemers en de Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) de minister bij over het belang van het behoud van grasland voor Limburg, met name in de buurt van natuurgebieden en over de opgaves rond waterkwaliteit.

Volgens LLTB-vicevoorzitter Thijs Rompelberg is het belangrijk dat er duidelijke en goed onderbouwde doelen worden gesteld. “Wat wordt er gevraagd van onze boeren en tuinders? Waarom willen we dat en wanneer moet dat geregeld zijn? Als dat helder is, wil de agrarische sector graag kijken wat ze kan doen om te helpen de doelen te halen, maar maatregelen moeten dan wel realistisch, haalbaar en betaalbaar zijn”, stelt Rompelberg. “We moeten op basis van maatwerk aan de slag en we moeten verder kijken dan opkoop. Dus ook naar nieuwe technieken en innovatie.”

Haalbaar is in de ogen van Rompelberg dat men zich realiseert dat we in Limburg niet de problemen kunnen oplossen die vanuit het buitenland de grens overkomen. “Maar ook dat we het kunnen hebben over perspectief voor de agrarische ondernemers die door willen en een realistische termijn voor te treffen maatregelen. Investeringen in duurzaamheid moeten ook weer kunnen worden terugverdiend. En als de overheid sneller wil – of meer dan nu haalbaar – dan moet ze financieel bijspringen. Regels en plannen moeten dus een langere houdbaarheidsdatum hebben dan één regeringstermijn.”

“Wat we minister Van der Wal verder hebben meegegeven, is vooral dat boeren en tuinders die willen stoppen, dat moeten kunnen doen met een goede regeling”, zegt LLTB-vicevoorzitter Thijs Rompelberg.

Tijdens In het bezoek ging de LLTB en de agrariërs dieper in op de thema’s behoud grasland, de noodzaak van maatwerk en de opgaves, in relatie tot de invloed van het buitenland.

Gras

Als we willen werken aan biodiversiteit, duurzaamheid, klimaat en leefbaarheid, zijn er volgens melkveehouders en LLTB-regiobestuurders Marlie Coumans en David Vandenbooren niet veel oplossingen groener dan gras. “Er zit immers onder gras weinig nitraat in de bodem”, legt Vandenbooren uit. “Maar weilanden zijn ook goed voor de biodiversiteit, er wordt veel CO2 in vastgelegd en ze kunnen goed tegen hogere grondwaterstanden”, vult Coumans aan. “Daarnaast zorgen ze voor een fraai en afwisselend landschap, zeker als er koeien in staan te grazen.”

En daar zit de crux van het verhaal van de melkveehouders. Door de opgaves van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), denk met name aan stikstofeisen, dreigen veel melkveehouders te moeten stoppen. Als dat gebeurt, verdwijnt ook het grasland met al zijn voordelen. “Dan bereiken we dus precies het omgekeerde van wat we willen”, betoogt Vandenbooren, melkveehouder in Zuid-Limburg.

“En het is ook helemaal niet nodig”, stelt de melkveehoudster uit Reuver. “Want de melkveehouderij is in Limburg al heel extensief. Daarbij komt dat de grote stikstofbron voor Limburg over de grens te vinden is. Vijftig tot zestig procent, zegt het RIVM. Bovendien zit volgens datzelfde intituut 99 procent van het Roerdal nu al ónder de stikstofnorm.” Dat neemt overigens niet weg dat agrarische ondernemers hun steentje willen bijdragen. “We willen graag kijken wat nog meer mogelijk is, maar dat moeten dan haalbare en betaalbare maatregelen zijn die we ook weer kunnen terugverdienen”, zegt Coumans. “Dat betekent ook dat regels en plannen een langere houdbaarheidsdatum moeten hebben dan één regeringstermijn.”

Vandenbooren maakte van de gelegenheid gebruik om de minister de Zuid-Limburgse graasdierhouderijvisie ‘Groen als Gras’ mee te geven en haar uit te nodigen op zijn eigen bedrijf.

Livar

Frank de Rond, samen met vader-abt Dom Malachias gastheren voor dit ministerieel bezoek, loopt met zijn alom geprezen Kloostervarken-concept Livar ook tegen uitdagingen aan. “Door de varkens buiten te laten lopen, voldoen we aan maatschappelijke én onze eigen wensen op het gebied van dierenwelzijn”, vertelt De Rond aan Van der Wal. “Maar dat betekent ook dat er iets meer ammoniak vrijkomt, wat weer problemen oplevert met het verkrijgen van vergunningen. Aan de andere kant zorgt de strohuisvesting voor de varkens voor strorijke mest. Bij aanwending als bodemverbeteraar op het land voorkomt dat uitspoeling van nutriënten, zoals stikstof, naar bodem- en oppervlaktewater. Wij zijn voorloper in kringlooplandbouw met veel zorg voor de dieren. Zo maken wij een heel smaakvol en bijzonder stukje vlees. Als er niet wat bewegingsruimte in de regels komt, gooien we het kind met het badwater weg”, waarschuwt de varkenshouder.

Water

LLTB-hoofdbestuurder Peter van Dijck besprak met de minister de opgaves voor waterkwaliteit. In Limburg pakt de agrarische sector samen met het waterschap, de provincie en de LLTB de handschoen op om de oppervlaktewaterkwaliteit te verbeteren, daar waar de landbouwinvloed groot is. “Dat doen we volgens de drie-eenheid meten, maatregelen uitwerken en uitvoeren”, legt Van Dijck uit. “We vragen de minister ruimte om via maatwerk aan de gestelde doelen te kunnen werken.” Leerpunten uit projecten als ‘Meten is weten’ om bewustwording te vergroten, kwamen hierbij ook ter sprake.

Naast inzet op het verbeteren van oppervlaktewaterkwaliteit willen de agrariërs ook verder werken aan verbetering van de grondwaterkwaliteit, zoals ze nu bijvoorbeeld al doen in project Duurzaam Schoon Grondwater. “Hiervoor wil de sector toe naar bewustwording en evenwichtsbemesting”, zegt Van Dijck. “Ook hier zal een maatwerkaanpak tot betere resultaten leiden dan een generieke aanpak.”

Tenslotte onderbouwde Van Dijck dat niet alle waterambities in Limburg gehaald kunnen worden. “Daar waar we een opgave hebben, werken we daaraan. Maar waar water met een slechte kwaliteit de grens over komt stromen, kunnen we dat in Limburg niet oplossen.” Hij noemt als voorbeelden de Geul en de Niers.

Cookieinstellingen