Man uit Geleen veroordeeld wegens ontucht met achternichtje

28 mrt 2017, 14:44 Nieuws
case law 677940 1280 vrouwe justitia
Rechtbank Limburg heeft vandaag een 28-jarige man uit Geleen veroordeeld voor ontucht met zijn destijds 12-jarige achternichtje. Zij hadden in 2015 tijdens hun relatie verschillende keren seks met elkaar.

Geen dwang, toch strafbaar

De verdachte heeft op geen enkel moment dwang uitgeoefend op het meisje om de seksuele handelingen te ondergaan. Dat heeft zij niet alleen zelf tegen de politie verteld, maar het blijkt ook uit chatberichten die zij in die tijd aan de verdachte heeft gestuurd. Dwang was ook niet ten laste gelegd door de officier van justitie. Toch is de verdachte strafbaar, omdat seks met kinderen onder de zestien jaar per definitie strafbaar is, ongeacht of het kind er zelf mee instemt. Hiermee probeert de wetgever de seksuele integriteit en de ontwikkeling van kinderen onder de zestien te beschermen.

Verminderd toerekeningsvatbaar

Uit psychologisch onderzoek blijkt dat de verdachte geen pedofiel is. Ook heeft hij geen andere seksuele stoornissen. Wel is hij zwakbegaafd. Daardoor kon hij zich minder in het slachtoffer inleven en beschouwde hij haar als een gelijke. Verdachte is strafrechtelijk verantwoordelijk voor de ontucht met het meisje, maar wel verminderd vanwege zijn zwakbegaafdheid.

Straf

Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank enerzijds de duur van de ontucht (6 maanden) en de zeer jonge leeftijd (12 jaar) van het slachtoffer meegewogen, voor wie het feit achteraf forse psychische impact blijkt te hebben. Aan de andere kant houdt de rechtbank er rekening mee dat er op geen enkel moment sprake is geweest van dwang en dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is. Kijkend naar de strafmaat in ontuchtzaken met vergelijkbare omstandigheden, is de eis van de officier van justitie (24 maanden, waarvan de helft voorwaardelijk) buitensporig hoog. De rechtbank vindt een gevangenisstraf van 270 dagen, waarvan 223 dagen voorwaardelijk passend. Het onvoorwaardelijke deel is gelijk aan de tijd die verdachte al in voorarrest zat. Hij hoeft dus niet terug naar de gevangenis. Wel moet hij nog een taakstraf van 180 uur uitvoeren. Ook moet hij zich tijdens een proeftijd van 2 jaar houden aan een meldplicht bij de reclassering en is het hem verboden om contact te (laten) leggen met het slachtoffer, haar ouders, broer en zus.

Schadevergoeding

Het slachtoffer heeft om vergoeding van haar materiële schade (opgelopen studievertraging) en immateriële (psychische) schade gevraagd. De rechtbank vindt dat het slachtoffer recht heeft op vergoeding voor de psychische schade die zij (achteraf) heeft opgelopen. Gelet op de vergoedingen die het Schadefonds Geweldsmisdrijven in dit soort zaken uitkeert, stelt de rechtbank deze schade vast op 10.000 euro.
Voor de gevorderde schade in verband met studievertraging wordt het slachtoffer niet-ontvankelijk verklaard. Hiervoor is nader onderzoek nodig naar de exacte oorza(a)k(en). Daarvoor is in dit strafproces geen plaats.