Nog geen duidelijkheid over carnavalswagens via A76

Het is voorlopig nog niet duidelijk of Nederlandse carnavalswagens die in België aan een stoet willen deelnemen komend jaar gebruik mogen maken van de A76.

Dat bleek uit een kort vraaggesprek dat Radio L1 vandaag had met Ron de Rooy die in deze discussie woordvoerder is voor de Nederlands Limburgse wagenbouwers die met hun carnavalswagens in Belgische optochten meerijden.

De A76 was tot verleden jaar jarenlang de kortste weg, totdat Rijkswaterstaat daar een punt achter zette. De carnavalswagens voldoen namelijk niet aan de regels die de wegenverkeerswet stelt aan voertuigen die van de snelweg gebruik mogen maken. Als gevolg daarvan moesten carnavalisten afgelopen jaar een aanzienlijke omweg maken over binnenwegen via Maastricht of via Maaseik. Dat betekende in sommige gevallen heen en terug in totaal 80 kilometer rijden naar een plek die hemelsbreed en via de A76 slechts een paar kilometer verderop ligt.

De beslissing van Rijkswaterstaat heeft tot een hoop commotie in de wereld van de Limburgse wagenbouwers geleid en was zelfs aanleiding tot Kamervragen van CDA-kamerlid Martijn van Helvert. Het omrijden kost namelijk niet alleen erg veel tijd, het risico op ongelukken onderweg is bovendien veel groter dan bij een begeleide oversteek van de Maas via de A76. Dat laatste ziet Rijkswaterstaat ook in, alleen: men dient zich ook aan de wet te houden.

Wellicht kan in de toekomst toch een ontheffing worden verkregen. De carnavalswagens zouden dan moeten voldoen aan de regels van de wegenverkeerswet. Om wat meer armslag in afmetingen te hebben zouden de wagens als Convoi Exceptionnel - een bijzonder wegtransport - bestempeld moeten worden, maar ook daarvoor geldt een enorme waslijst aan regeltjes. Het probleem zit hem vooral in het vastleggen en controleren van de toegestane afmetingen. Daarover gaan de carnavalisten nu eerst in gesprek met de RDW, de Rijksdienst voor het Wegverkeer.