Twintigers hebben een hoger
inkomen dan ruim tien jaar geleden, maar hebben minder vaak een koophuis. Dat meldt het
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van nieuwe cijfers.
In 2022 woonde 43 procent van de 29-jarigen in een
koopwoning buiten het ouderlijk huis. Dat was in 2011 nog 54 procent.
Tegelijkertijd was het inkomen van uitwonende twintigers hoger dan een decennium eerder, aldus het
CBS. In 2022 hadden twintigers gemiddeld 30.000 euro te besteden, in 2011 was dat 25.000 euro. Vooral bij mensen van eind twintig nam de koopkracht toe, die van 20- tot 23-jarigen bleef ongeveer gelijk. Ook weet het CBS dat twintigers vaker een baan hebben dan twintigers van tien jaar eerder. In 2023 had 84 procent van de twintigers betaald werk, in 2013 was dat 80 procent.
In vergelijking met een decennium geleden gaan twintigers ook later op zichzelf wonen. In 2022 woonde 50 procent van de 23-jarigen buiten het ouderlijk huis. Dat was in 2011 nog 58 procent.
Het CBS concludeert verder dat meer twintigers tegenwoordig een studieschuld hebben, en dat deze ook hoger is dan een decennium eerder. De gemiddelde studieschuld van 24-jarigen was in 2022 17.000 euro. In 2011 ging het om een bedrag van 11.000 euro. "Vooral na de invoering van het leenstelsel in 2015 nam de studieschuld toe", meldt het CBS.