Niet alleen is gereguleerde wietteelt – door bijvoorbeeld lokale overheden – in strijd met de nationale wetgeving en internationale verdragen, het lost het probleem van de criminaliteit niet op.
Dat komt omdat het overgrote deel van de in Nederland illegaal geteelde wiet naar het buitenland gaat. Gereguleerde teelt voor coffeeshops heeft daarom geen zin.
De export van in Nederland geteelde cannabis bedraagt naar schatting tussen de 78 en 91 procent van de productie. Wanneer de consumptie door niet-ingezetenen wordt beschouwd als export, ligt de export hoogstwaarschijnlijk tussen de 86 tot 95 procent van de productie. Dat blijkt uit het onderzoek ‘De export van in Nederland geteelde cannabis’ van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC) dat minister Opstelten van Veiligheid en Justitie naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
De omvang van de export van in Nederland geteelde cannabis vormt een belangrijk element in het debat over de hennepteelt. Immers, als een groot deel van de in Nederland geteelde cannabis naar het buitenland wordt geëxporteerd, heeft eventuele regulering van het gedeelte van de teelt dat bestemd is voor de Nederlandse coffeeshops, slechts een zeer beperkte invloed op de totale teelt. De illegale teelt zal blijven bestaan.
Het onderzoek bevestigt de exportcijfers die minister Opstelten eerder aan de Tweede Kamer heeft gemeld op basis van de Criminaliteitsbeeldanalyse Georganiseerde Hennepteelt 2012 van de politie en ondersteunt daarmee het kabinetsbeleid. De minister heeft eerder ook gezegd dat regulering van cannabisteelt niet alleen in strijd is met wetgeving en internationale verdragen, maar dat het gezien de export bovendien niet helpt in de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit die zich met de hennepteelt bezighoudt.
Bron: Rijksoverheid