'Inbreuk op vertrouwelijkheid van relatief bescheiden belang'

Daags voor de raadsvergadering van december belegden de raadsfracties van de Stadspartij, DNA en OPA een openbare bijeenkomst in het gemeentehuis over het in hun ogen volledig mislukte grondbeleid van de gemeente.

Zij deden dat naar aanleiding van een afschrijving van 26 miljoen euro op de waarde van de gemeentelijke grondportefeuille en wilden daarmee steun krijgen voor een diepgaand onderzoek naar het gemeentelijk grondbeleid.

Tijdens de bijeenkomst werden cijfers bekend gemaakt die, zo bleek een dag later tijdens de raadsvergadering, volgens het College van B&W vertrouwelijk waren. De door Ton Raven van de Stadspartij ook op Facebook geplaatste gegevens werden daarop weer door hem verwijderd.

Burgemeester Sjraar Cox gaf tijdens de raadsvergadering aan te laten onderzoeken wat de feitelijke gang van zaken in deze kwestie is geweest.

Ton Raven reageerde op Facebook met de melding dat de Stadspartij, DNA en OPA zich, door de beschuldiging de vertrouwelijkheid te hebben geschonden, onterecht in een kwaad daglicht zien gesteld.

Uit het onderzoek van de burgemeester is gebleken dat de door de drie fracties gepresenteerde informatie is af te leiden uit eerder aan de raad beschikbaar gestelde openbare stukken. Daarin waren de genoemde bedragen opgenomen als voorziening.

De meer recente stukken over de grondexploitatie hebben echter het stempel vertrouwelijk gekregen omdat de daarin genoemde bedragen niet meer als voorziening waren opgenomen, maar als realisatie, als feitelijke afboeking. Volgens burgemeester Cox is het ook aannemelijk dat de drie fracties de informatie uit deze stukken hebben geput. De burgemeester: "De eerdere openbaarheid van deze informatie hoeft aan deze vaststelling niet af te doen omdat het college kan besluiten informatie in een nieuwer document (alsnog) vertrouwelijk te maken. In casu was dat het geval omdat bij de eerdere cijfers sprake was van een andere status van deze bedragen."

Volgens de burgemeester is "de inbreuk op de vertrouwelijkheid daarmee wellicht van een relatief bescheiden belang", maar was daar wel sprake van. Hij pleit er dan ook voor dat raadsleden formeel opgelegde vertrouwelijkheid altijd respecteren.