Peiling: wantrouwen in politiek reden lage opkomst verkiezingen

Foto: SGN

Wantrouwen in de politiek zou volgens het opiniepanel van EenVandaag de reden zijn dat nog nooit eerder zo weinig kiezers hun stem uitbrachten bij de gemeenteraadsverkiezingen.

Dat wantrouwen zou eveneens een belangrijke reden zijn om juist op een lokale partij te stemmen.

Afkeer van de politiek zou gezorgd hebben voor een opkomst-diepterecord van ongeveer 51 procent, en voor een recordaantal van ruim een derde van de stemmen voor lokale partijen. Dat concludeert EenVandaag na onderzoek dat is uitgevoerd op donderdag onder bijna 15.000 leden van het Opiniepanel. Van de niet-stemmers noemt 55 procent het wantrouwen in de politiek als reden om thuis te blijven. Als tweede reden werd door 34 procent ‘geen vertrouwen in de lokale politiek’ opgegeven, gevolgd door het gevoel dat de stem geen invloed heeft (18 procent).

Slechts 5 procent wees de oorlog in Oekraïne aan als reden om geen stem uit te brengen. Politicoloog aan de Universiteit Leiden Simon Otjes vermoedde eerder juist dat de oorlog een belangrijke oorzaak was voor de lage opkomst. Volgens hem kregen veel kiezers door de aandacht voor de oorlog waarschijnlijk het gevoel dat de verkiezingen voor een nieuwe gemeenteraad dit keer minder belangrijk waren.

Van de mensen die wel de gang naar de stembus maakten, stemde een derde lokaal. Van het Opiniepanel van EenVandaag gaf 48 procent van de lokaal-stemmers aan het gevoel te hebben dat lokale partijen er specifiek zijn om problemen in de eigen gemeente aan te pakken. Het ging daarbij om onderwerpen als praktische, lokale zaken als de aanleg van windmolens of het behoud van regionale taal of cultuur. De praktische instelling van een lokale partij had voor 30 procent de voorkeur boven een landelijke partij die volgens de panelleden “binnen ideologische lijntjes” zou moeten kleuren. Een derde zegt lokaal gestemd te hebben uit protest tegen de landelijke politiek. 15 procent van de lokale stemmers zegt gekozen te hebben voor een bekende.

Diverse Kamerfracties legden donderdag ook voor een groot deel de schuld voor de historisch lage opkomst bij landelijke politici. Derk Boswijk, campagneleider van het CDA, stelde dat “we ons het afgelopen jaar niet van onze beste kant hebben laten zien” en zijn partij, de PvdA, de SGP en de Partij voor de Dieren vinden dat de politiek naar zichzelf moet kijken. “De lage opkomst is een opdracht aan alle politici om integer te handelen en het in ons gestelde vertrouwen waar te maken”, aldus PvdA-Kamerlid Khadija Arib.

Cookieinstellingen