Energieleveranciers bieden steeds meer producten voor ‘groene stroom’ aan waarbij de elektriciteit ook daadwerkelijk duurzaam in Nederland is opgewekt.
Het aandeel ‘sjoemelstroom’, grijze stroom die als groen wordt verkocht, is volgens een jaarlijks overzicht van klimaatstichting HIER afgenomen tot 29 procent van de producten.
De stichting vindt dat stroom alleen ‘groen’ kan worden genoemd, als deze in Nederland is opgewekt uit hernieuwbare bronnen als zon of wind. Ook biomassa telt hierbij als duurzaam, al is daar vaak discussie over. Kernenergie is wat de stichting betreft ‘grijs’ net als elektriciteit die in kolen- en gascentrales is opgewekt.
Van de 111 stroomproducten die Nederlandse leveranciers aanbieden, zijn er volgens de definitie van HIER 79 echt groen. Dat is 71 procent van het totaal. Zo’n hoog percentage is in de twaalf jaarlijkse edities van dit onderzoek nog niet gehaald.
De veranderde verhoudingen komen vooral doordat bedrijven meer ‘echte’ groenestroomproducten zijn gaan verkopen. Het aantal producten dat achteraf is ‘vergroend’, daalde enigszins: van 35 in 2023 naar 32 dit jaar.
Het gaat in de ‘vergroende’ categorie bijvoorbeeld om stroom uit kolencentrales, die als ‘groen’ aan de consument wordt verkocht nadat het energiebedrijf in het buitenland een certificaat voor
groene stroom heeft gekocht. Handel in zulke certificaten is toegestaan, maar HIER vindt dat problematisch, omdat de totale hoeveelheid duurzaam opgewekte energie er niet door toeneemt.
“Groen is in principe groen, maar groene stroom die in het buitenland wordt opgewekt kan niet letterlijk naar Nederland worden vervoerd. Groene stroom wordt daarom altijd verkocht in het land waar het is opgewekt”, legt de organisatie uit. “De groene stroom wordt dus één keer duurzaam opgewekt, maar wel twee keer verkocht. Jij denkt dat je goed bezig bent, maar in werkelijkheid heb je geen groene stroom, maar een certificaat gekocht.”
Het overzicht is gebaseerd op informatie van energieleveranciers zelf en van de Autoriteit Consument & Markt (ACM). Van deze toezichthouder moeten leveranciers van elektriciteit een ‘stroometiket’ opstellen, waarin ze duidelijk maken met welke bronnen de stroom is opgewekt.