De gemeente brengt elk jaar opnieuw in kaart waar de eikenprocessierups zich bevindt. Op die manier kan de gemeente op tijd, en zo gericht mogelijk bestrijden.
Plekken waar mensen het meest gevaar lopen (zoals scholen, drukke plekken) zijn het eerst aan de beurt. De rupsen worden bestreden met een biologisch middel.
In onderstaande opsomming leest u terug hoe de gemeente de bestrijding van de rupsen tot nu toe heeft aangepakt.
De rupsen zijn verveld naar het vierde larve stadium. De rupsen hebben nu brandharen en daarom wordt er gestopt met bespuiten. Een eikenprocessierups kan wel 700.000 miniscule kleine brandharen hebben. Als men deze rupsen bespuit, kan het achtergebleven huidje, de vervelling, een infectiebron blijven. Als nestvorming heeft plaatsgevonden worden enkele nesten weggehaald.
De ontwikkeling van de eikenprocessierups verloopt traag. Momenteel zijn de rupsen nog klein door het koude weer. Er is plaatselijk behoorlijk blad gevreten. De rupsen zijn verveld naar het derde stadium. Zodra de vervelling plaatsvind en er brandharen aanwezig zijn stopt de bespuiting.
De bespuitingen in de gemeenten Sittard-Geleen, Heerlen, Maastricht en Eijsden-Margraten zijn, op enkele plekken na, klaar.
Als het koud is wordt niet gespoten. Het middel XenTari werkt alleen als dit met de bladeren tijdens het eten in het darmkanaal komt. Bij een temperatuur onder de 14 à 15 graden Celsius eten de rupsen niet. Bij nat weer of bij te veel wind kan ook niet gespoten worden. Dit resulteert in een minder snelle bestrijding. De ontwikkeling van de rups is trager dan normaal vanwege de lage temperatuur. De meeste rupsen zijn al verveld naar het derde stadium.
Gezien dat we mogen spuiten tot het vierde vervellingsstadium is er nog 10 tot 14 dagen tijd. De volgende week zijn de weersvoorspellingen beter. In de gemeente Eijsden-Margraten wordt door het slechte weer een week later begonnen dan er voorspeld was. In de gemeente Maastricht is men vandaag klaar gekomen met de bestrijding. In de gemeenten Heerlen en Sittard-Geleen zal men proberen om de bespuiting deze week af te ronden. Door de trage ontwikkeling van de rupsen is er tijd genoeg om de bespuitingen op een deugdelijke manier uit te voeren.
De bespuiting verloopt goed en zit op op schema. De eikenprocessierups is nog steeds in larve-stadium 2. Vermoedelijk komt dit door de koude nachten.
Als de temperatuur langer dan een dag niet boven de 15 graden Celsius komt moet de bespuiting een of meerdere dagen worden gestaakt tot de temperatuur weer oploopt. Bij een te lage temperatuur eten de rupsen niet. Het middel komt dan niet in het darmkanaal van de rups. Spuiten heeft dan geen zin. Omdat de ontwikkeling van de rups bij koud weer traag is, is er voldoende tijd om goed werk te leveren. De komen twee weken wordt het larvale stadium 4 nog niet verwacht en hebben de rupsen nog geen brandharen.
Door het warme weer is er voldoende blad aan de eikenbomen en wordt begonnen met de bestrijding.
Door het koude weer is de bladontwikkeling bij de eiken erg uiteenlopend. Bij 8 op de 10 bomen is er weinig tot matige bladontwikkeling. Daardoor is het spuiten nog niet begonnen.
Gezien de knopontwikkeling van de eiken wordt naar verwachting vanaf donderdag 25 april gespoten. Tijdens de paasvakantie komen scholen, kinderdagverblijven en medisch dagverblijven als eerste aan de beurt.
De eerste eikenprocessierupsen zijn uit de eipakketten gekomen. Afhankelijk van het weer begint de bestrijding over 4 weken.