Woningen die kant-en-klaar uit de fabriek komen en op de bouwplaats alleen in elkaar hoeven te worden geschroefd zijn maar beperkt inzetbaar.
Dat stelt het
Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in een rapport. Slechts in 15 procent van de nieuwbouwprojecten zijn er voordelen voor deze methode ten opzichte van normale bouw. Vooral bij kleinere projecten en bij flats met meer dan vijf verdiepingen is prefabbouw moeilijk toe te passen.
Bij zogeheten industrieel bouwen worden delen van woningen of soms zelfs vrijwel gehele woningen in de fabriek in elkaar gezet. Dat kan door middel van machines, maar ook door bouwers die in een fabriekshal in controleerbare omstandigheden werken of een combinatie van de twee. De arbeidskosten kunnen daardoor tot een derde lager liggen. Ook zou de bouwtijd van woningen tot een jaar kunnen worden verkort.
Maar op de totale ontwikkeltijd van een project scheelt dat maar weinig, stelt het
EIB. De doorlooptijd is nu namelijk zo’n tien jaar die opgaat aan ontwerp, planning, vergunningsaanvragen en de bouw zelf.
Bovendien geeft het ontwerpers weinig vrijheid omdat er een beperkt aantal mogelijkheden kan worden gemaakt om kosten te besparen, aldus het instituut. “De woonvoorkeuren van toekomstige bewoners of de stedenbouwkundige eisen stellen vaak hogere eisen aan het ontwerp”, stelt het EIB. Dat ziet vooral mogelijkheden voor projecten buiten steden, grote projecten van woningcorporaties en voor tijdelijke woningen.
Verder wijst het EIB erop dat tegenover de lagere kosten voor arbeid weer hogere kosten voor machines en de fabriekshuur staan. Ook zijn de kosten voor grondstoffen vergelijkbaar. Daardoor zijn prefabwoningen ten hoogste 8 procent goedkoper dan huizen die op de traditionele manier worden gebouwd.
En voor de arbeidsmarkt in de bouw scheelt industrieel bouwen dus ook maar weinig. Doordat maar een beperkt deel van de woningen geschikt is voor deze bouwmethode zijn er op een productie van 80.000 woningen maar 5500 voltijdsbanen minder nodig. Wel zijn bij volledig industriële bouw, waarbij de delen door machines worden gemaakt, geen bouwers nodig maar mensen die de machines kunnen bedienen.