Autobezitters met een lichamelijke beperking moeten in de ene gemeente veel meer betalen voor het aanvragen van een gehandicaptenparkeerkaart dan in de andere.
De tarieven lopen uiteen van 0 tot ruim 300 euro. Dat blijkt uit een dataverzameling van het ANP onder 335 gemeenten.
Mensen die zonder hulpmiddelen niet verder dan honderd meter kunnen lopen, komen in aanmerking voor een gehandicaptenparkeerkaart. Gemeenten mogen de tarieven zelf bepalen. Gemiddeld kost de aanvraag ongeveer 122 euro, inclusief de kosten voor medisch onderzoek.
In het Gelderse Buren en in de Brabantse gemeenten Woensdrecht en Rucphen is het prijskaartje met ruim 300 euro het hoogst. Van die gemeenten zegt Rucphen van plan te zijn om de tarieven volgend jaar te verlagen. In Buren en Woensdrecht is het beleid dat de leges kostendekkend moeten zijn.
Gratis
Van de grootste steden kost de kaart het meest in Amsterdam, Den Haag en Eindhoven. Een paar kilometer afstand kan een groot verschil maken in de prijs. In Son en Breugel, een buurgemeente van Eindhoven, is de kaart bijvoorbeeld helemaal gratis.
In totaal kiezen achttien gemeenten ervoor om de kaart gratis aan te bieden, waaronder Nunspeet. Gemeente Nunspeet laat weten dat de kaart gratis is, omdat ze een inclusieve samenleving belangrijk vindt. "Het in rekening brengen van kosten voor een mindervalide kan voor sommigen een drempel zijn om volwaardig mee te kunnen doen in de samenleving."
Noodzakelijk
Experts noemen de prijsverschillen absurd. Volgens Caroline Harnacke, onderzoeker en projectleider Inclusie en Diversiteit bij kennisinstituut Movisie, en belangenorganisatie Ieder(in) is een gehandicaptenparkeerkaart voor mensen met een beperking noodzakelijk om mee te kunnen doen in de maatschappij. Beide vinden dat er landelijk beleid moet komen.
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat laat weten dat er geen plannen zijn om de huidige regelgeving te veranderen.