Werkloosheid hoger volgens nieuwe methode, maar nog steeds historisch laag

Foto: SGN

Het CBS publiceert de cijfers over de beroepsbevolking voortaan op basis van een nieuwe meetmethode.

Met de nieuwe methode worden zowel werklozen als werkenden beter in beeld gebracht. Dat heeft geleid tot een toename in beide groepen. In de nieuwe systematiek is het werkloosheidspercentage in december 3,8. Volgens de oude methode zou dat 2,8 zijn.

Om de ontwikkeling van de werkloze en werkzame beroepsbevolking over een lange reeks van jaren zonder onderbreking te kunnen weergeven, zijn de cijfers vanaf 2003 herberekend. Zowel volgens de oude als de nieuwe methode groeide het aantal werkenden in 2021 en kwam uit op bijna 9,4 miljoen op basis van de nieuwe methode.

De werkloosheid daalde gedurende vrijwel geheel 2021, zowel volgens de oude als de nieuwe methode, met een laagterecord van 3,7 procent in november (met de oude methode was dat 2,7 procent). Alleen in februari, augustus en december waren er lichte toenames. Bij het begin van de coronacrisis, in 2020, was er een forse toename van de werkloosheid; van 4,0 procent in februari tot 5,5 procent in augustus. Vervolgens daalde de werkloosheid weer.

Eind 2021 ook onder jongeren meer werkenden dan voor coronacrisis

Het aantal werkenden groeide vorig jaar vrijwel onafgebroken tot een recordhoogte van bijna 9,4 miljoen in december 2021 (met de oude methode was dat 9,2 miljoen). Dat is 71,2 procent van alle 15- tot 75-jarigen, de zogeheten nettoarbeidsparticipatie. Met name vanaf juni 2021 was de toename in arbeidsdeelname sterk; het aantal werkenden was toen groter dan 9,2 miljoen. In februari 2020, net voor het begin van de coronacrisis, was het aantal werkenden voor het laatst zo hoog.

Inmiddels is bij zowel de 15- tot 25-jarigen als de 25- tot 45-jarigen en de 45- tot 75-jarigen het aantal werkenden weer hoger dan voor het begin van de coronacrisis. Vooral de jongeren hebben een flinke inhaalslag gemaakt, met een toename van 98 duizend naar bijna 1,6 miljoen werkenden tussen begin en eind 2021.

Vooral cijfers over werkende jongeren bijgesteld

Cijfers over de beroepsbevolking worden verkregen uit enquêtes. In Nederland is dat de Enquête beroepsbevolking (EBB). Met ingang van 1 januari 2021 is een nieuwe EU-verordening van kracht die een verplichte kernvragenlijst voorschrijft, zodat alle lidstaten dezelfde enquêtevragen stellen. Daarmee worden cijfers over de beroepsbevolking van verschillende landen beter vergelijkbaar.

Naast het aantal werklozen brengt de nieuwe methode met name het aantal werkende jongeren beter in beeld. In de nieuwe vragenlijst is duidelijker toegelicht dat betaalde stages en bijbaantjes meetellen als betaald werk. Deze worden dan ook vaker dan voorheen gemeld. Daarnaast is de enquête nu persoonsgebonden, terwijl voorheen respondenten werd gevraagd naar de situatie voor het hele gezin of huishouden. Nu antwoordt iedereen alleen voor zichzelf, en doen ouders dat niet meer voor hun thuiswonende kinderen.

Nederland nog steeds bij EU-landen met laagste werkloosheid

In alle landen van de Europese Unie daalde de werkloosheid gedurende 2021. Met de revisie van de cijfers over de beroepsbevolking zakt Nederland wel een aantal plaatsen in de lijst van landen met het laagste werkloosheidspercentage. De meest recente cijfers over de lidstaten van de Europese Unie gaan over november 2021. Met de oude methode zou Nederland met een werkloosheidspercentage van 2,7 op de tweede plek achter Tsjechië (2,2 procent) staan. Met de nieuwe methode (3,7 procent) schuift Nederland op naar een vijfde plek, nu ook achter Polen (3,0 procent), Duitsland (3,2 procent) en Malta (3,5 procent).

Het gemiddelde werkloosheidspercentage van de 27 EU-lidstaten was 6,5. Ook met de nieuwe methode is de werkloosheid nog steeds het hoogst in Spanje (14,1 procent), Griekenland (13,4 procent) en Italië (9,2 procent).

Bron: CBS

Cookieinstellingen