Burgemeester Verheijen bezocht terrein voormalige Staatsmijn Maurits

Vrijdag heeft burgemeester Hans Verheijen een bezoek gebracht aan het terrein van de voormalige Staatsmijn Maurits in Geleen.

Dat bezoek stond al eerder gepland in de vorm van een bezoek door het College van B&W, maar daarbij moest de burgemeester door omstandigheden verstek laten gaan. Dat werd vrijdag goedgemaakt met een rondleiding door de voormalige loonhal en over historische bodem, zoals de plekken waar de mijnschachten ooit volop stonden te draaien om personeel, materiaal en kolen te transporteren. De rondleiding over het oude mijnterrein op het Chemelotcomplex werd verzorgd door Ingmar Bijlsma en André Siemonsma.

Op 10 november afgelopen jaar nam de gemeenteraad van Sittard-Geleen unaniem een door de CDA-fractie ingediende motie aan om het Geleense mijnverleden meer zichtbaar te maken. Dat zou kunnen door de voormalige loonhal een andere bestemming te geven, waardoor het gebouw bijvoorbeeld ook door toeristen bezocht zou kunnen worden.

Een eeuw geleden werd er in Geleen volop gebouwd aan Staatsmijn Maurits. Het is dit jaar 55 jaar geleden dat deze voor de ontwikkeling van de regio zo belangrijke mijn werd gesloten. Van dat roemrijke verleden resteren nog maar enkele tastbare herinneringen en die zijn bovendien niet allemaal toegankelijk voor belangstellenden. Naast een aantal kunstwerken in de omgeving van de voormalige mijn zijn dat de in 1924 gebouwde dertig meter hoge watertoren (ontworpen door architect Dinger), de constructiehal en de voormalige loonhal. De loonhal werd deels naar een ontwerp van ir. J.H.W. Leliman gebouwd en stamt eveneens uit 1924. Het gebouw ademt onmiskenbaar de stijl van de Amsterdamse School en heeft gedeeltelijk een Rijksmonumentale status . De watertoren en de constructiewerkplaats hebben een gemeentelijke monumentale status. De gebouwen liggen op het voormalige mijnterrein op het Chemelot complex. De loonhal is eigendom van Paes Vastgoed.