De hoge energieprijzen van het afgelopen jaar hebben gezorgd voor flink meer
energiearmoede.
Dat meldt onderzoeksbureau TNO dat een analyse maakte van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Maar zonder overheidssteun had de situatie veel erger kunnen zijn. Energiearmoede is volgens TNO de combinatie van een laag inkomen en een hoge energierekening, bijvoorbeeld vanwege een huis met een laag energielabel.
Ten opzichte van de vorige meting in 2020 zijn er 90.000 huishoudens bij gekomen waardoor er vorig jaar zo’n 600.000 huishoudens energiearmoede ondervonden. Zonder de tegemoetkoming in de energiekosten die voor de armste huishoudens beschikbaar kwam en de twee maanden waarin elk Nederlands huishouden 190 euro kreeg voor energie, had het om 1 miljoen huishoudens kunnen gaan.
Toch zijn de problemen groter dan de beperkte stijging van het aantal huishoudens doet vermoeden. “De energiearmoede is verbreed en verdiept”, stelt TNO-onderzoeker Peter Mulder. Daarmee bedoelt hij dat er meer huishoudens energiearmoede ervaren én dat de problemen voor die huishoudens ook veel groter zijn geworden.
Zo was de gemiddelde energierekening van een energiearm huishouden in 2020 nog 125 euro per maand, maar vorig jaar 190 euro per maand. Die huishoudens waren daardoor een groter deel van hun salaris aan gas en elektra kwijt. Afgelopen jaar ging het om meer dan een achtste van hun inkomen.
Energiearmoede is nog altijd het sterkst te voelen in het oosten en noordoosten van Nederland, maar ook in bepaalde wijken van de grote steden. In die gebieden staan vaak huizen met slechte energielabels. Twee derde van de energiearmen wonen in huizen met labels F en G. “Het is echt een probleem dat veel op het platteland en in de grote steden speelt”, aldus Mulder. “In de middelgrote steden is het veel minder erg.”
De meeste nieuwe energiearmen zijn gezinnen, meldt TNO. En energiearmoede leidt ook tot hogere zorgkosten, zocht het onderzoeksbureau uit. Zeker als de verwarming lager of helemaal uit wordt gezet om op de energiekosten te besparen.
Kinderen en tieners uit die laatste huishoudens hebben de sterkste toename van zorgkosten. Hun ziekenhuiskosten liggen zo’n 40 procent hoger en ze zijn haast een kwart meer kwijt aan medicijnen dan kinderen en tieners uit gezinnen waar geen laag inkomen is.
TNO stelt dan ook dat het terugdringen van energiearmoede meerdere positieve effecten heeft. Dat terugdringen kan door hulp bij verduurzaming van de woningen, maar ook door steun bij het betalen van de energierekening.