Ziekenhuizen geven te weinig openheid over hun financiële banden met leveranciers van medische hulpmiddelen.
Ook houden artsen en bestuurders van ziekenhuizen zich niet goed genoeg aan de regels die financiële beïnvloeding moeten voorkomen. Tot die conclusies komt de
Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) na inspecties bij acht ziekenhuizen. De inspectie geeft de ziekenhuizen tot het einde van het jaar om verbeteringen door te voeren.
Eerder kwam al naar buiten dat cardiologen van een aantal ziekenhuizen, waaronder Isala in Zwolle, mogelijk te nauwe banden hadden met een leverancier van hartimplantaten. Justitie vermoedt omkoping en doet daar nu al jaren onderzoek naar. Ook de
IGJ constateerde vorig jaar in een onderzoek dat in ziekenhuizen nog “te weinig aandacht was voor financiële relaties tussen artsen en leveranciers”. Dat was toen op basis van bezoeken aan vier ziekenhuizen. Om een breder beeld te krijgen, volgden uitgebreide inspecties bij vier andere ziekenhuizen. Daar komt nu dus geen positief beeld uit naar voren.
“Bij alle bezochte ziekenhuizen bleek dat er onvoldoende aandacht was voor het onderwerp. Er was te weinig intern inzicht en controles om te kunnen voldoen aan de wettelijke eisen”, vat de IGJ de resultaten samen. Zo is vaak onduidelijk hoe betaalde sponsorgelden van bedrijven zijn besteed. “Daarnaast bleken zowel bestuurders als artsen onvoldoende op de hoogte van de beleidsregels en gedragscode.” Risico’s voor de kwaliteit van de zorg is de IGJ niet tegengekomen.
De komende tijd gaat de inspectie verder onderzoek doen naar de banden van ziekenhuizen en leveranciers van hulpmiddelen. “De focus ligt de komende periode op de tandheelkundige en plastisch/cosmetische specialismen.”