Als er in 2025 bijna gratis
kinderopvang wordt ingevoerd, moet er een
prijsplafond komen om ouders prijsstijgingen te besparen.
Dat zegt de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK) op basis van een rapport van de Rebel Group. “Van ouders wordt een kleine inkomensonafhankelijke bijdrage van 4 procent gevraagd. Maar de 4 procent blijft geen 4 procent als organisaties zelf hun prijs mogen bepalen”, vreest de club.
Die 4 procent wordt namelijk berekend over een nog vast te stellen normbedrag. Zijn de kosten van de kinderopvang hoger, dan betalen ouders dat extra deel helemaal zelf, zo schetst BMK.
Er dreigt in haar visie een “aanzienlijke kans op prijsstijgingen, door de combinatie van schaarste, organisaties met een winstoogmerk én het ontbreken van financiële regels zoals een grens aan de prijs en de winst”. Een prijsplafond en een verbod op winstuitkeringen zijn “een doeltreffende, eenvoudige oplossing én de beste garantie dat geld dat voor kinderopvang is bedoeld, ook daadwerkelijk bij kinderen terechtkomt”, aldus BMK-voorzitter Loes Ypma.
Een waarschuwing tegen prijsopdrijving is niet nieuw, aldus BMK, dat in dit verband verwijst naar het Eindrapport Scenariostudie Vormgeving Kindvoorzieningen in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Ook wetenschappers wezen er al op.
“Wij adviseren het ministerie van SZW om onderzoek te doen naar een realistisch prijsplafond dat niet te hoog is, om ondoelmatige besteding van overheidsmiddelen te voorkomen, maar dat ook niet te laag is, zodat de kwaliteit van kinderopvang hoog kan blijven”, zegt Ypma.