door Franco Kamps |
door Franco Kamps |
Procederen bij de rechtbank
Op een enkele uitzondering na start een civiele procedure tussen twee of meer partijen bij de rechtbank.
Om te kunnen procederen hebt u een advocaat nodig.
U hoeft niet persé een advocaat in te schakelen als de zaak bij de rechtbank door de kantonrechter wordt behandeld. De kantonrechter behandelt huurzaken, arbeidszaken en geschillen met een belang tot € 25.000.
Bij het procederen gelden formaliteiten en termijnen. Het niet naleven hiervan kan fataal zijn voor de afloop van de procedure. Als de procespartijen aan de voorschriften voldoen, krijgen ze van de rechtbank de gelegenheid om hun standpunten te verdedigen, toe te lichten en te bewijzen. Dat gebeurt doorgaans schriftelijk. Vaak krijgen de partijen ook de kans om hun zaak mondeling bij de rechter te bepleiten.
Oneens met de uitspraak van de rechtbank
Nadat de procedure volledig is doorlopen doet de rechter uitspraak. Een rechterlijke einduitspraak heet vonnis in een procedure die is gestart met een dagvaarding.
De einduitspraak heet een beschikking als de procedure is gestart met een verzoekschrift. Als u het niet eens bent met de uitspraak, dan kunt u in hoger beroep gaan bij het gerechtshof. Er zijn uitzonderingen. Tegen sommige specifieke soorten beslissingen van de rechtbank kan geen hoger beroep worden aangetekend. Ook moet het belang van de zaak minimaal € 1.750 bedragen om in hoger beroep te kunnen gaan.
Hoger beroep instellen
In hoger beroep geldt verplichte procesvertegenwoordiging door een advocaat.
De termijn voor hoger beroep is in hoofdregel 3 maanden, te rekenen vanaf dag van de uitspraak. Een aantal termijnen is beduidend korter. De termijn voor hoger beroep tegen een vonnis in kort geding bedraagt 4 weken. Bij een faillietverklaring is de termijn 8 dagen.
Het hof moet de termijn strikt toetsen. Een te laat ingesteld hoger beroep is niet ontvankelijk.
De procedure in hoger beroep
De procedure in hoger beroep ziet er in grote lijnen als volgt uit.
De procedure start met een appèldagvaarding. De dagvaarding hoeft nog niet de gronden van het hoger beroep, de zogenaamde grieven te bevatten. Deze grieven kan men vermelden in het volgende processtuk: de memorie van grieven.
De andere partij kan hierop reageren in de memorie van antwoord. In dit processtuk kan deze partij ook zelf nog hoger beroep instellen.
De meeste procedures verlopen schriftelijk zonder dat er een zitting plaatsvindt. Soms vindt er nog een pleidooi plaats.
Als er hoger beroep wordt ingesteld tegen een beschikking in eerste aanleg (bijvoorbeeld een alimentatiebeschikking) dan start de procedure met een appèlberoepschrift. Daarin moeten wel al de grieven worden vermeld, op straffe van niet-ontvankelijkheid. De andere partij kan hier vervolgens op reageren in een verweerschrift, waarin desgewenst ook hoger beroep kan worden ingesteld. In deze procedure vindt er standaard een mondelinge behandeling plaats.
Of het hof direct al een eindbeslissing neemt, is afhankelijk van de zaak. Het kan bijvoorbeeld zijn dat het nodig is om getuigen te horen of deskundigen te raadplegen.
Het grievenstelsel. De grieven zijn de gronden voor het hoger beroep.
Het grievenstelsel houdt in dat de beslissing in eerste aanleg slechts in hoger beroep wordt getoetst voor zover daarom door (een van) partijen is gevraagd. Dit doet men door het formuleren van grieven tegen de uitspraak van de rechtbank.
Het formuleren van de grieven vergt vakkennis en nauwkeurigheid. De uitspraak van de rechter in eerste aanleg moet daartoe worden ontleed. Tegen elk in de uitspraak van de rechtbank vermeld onderdeel waar u het niet mee eens bent, moet een grief worden gericht, als dat onderdeel heeft bijgedragen tot het in uw ogen onjuiste eindoordeel.
De grieven moeten helder worden geformuleerd en worden gemotiveerd in een toelichting.
Dit maakt het procederen in hoger beroep wezenlijk anders dan in eerste aanleg.
De devolutieve werking. Eenvoudig gezegd: de toetsing in volle omvang
De devolutieve werking houdt in dat de zaak in zijn geheel aan het hof wordt voorgelegd. Het hof kijkt niet alleen naar de uitspraak van de rechtbank. Het hof toetst alle argumenten die partijen in de eerste aanleg en in hoger beroep hebben aangedragen, binnen de grenzen van de geformuleerde grieven.
Partijen mogen dus ook nieuwe argumenten aandragen. Het is zelfs mogelijk om sommige in eerste aanleg gemaakte fouten in hoger beroep te herstellen.
Het hoger beroep biedt aldus een volledige herkansing.
Kansen en kosten
Als de uitspraak van de rechtbank tegenvalt, kunt u het beste, alvorens hoger beroep in te stellen, zo snel mogelijk advies inwinnen over de proceskansen in hoger beroep. Dat kunt u doen bij de advocaat die de zaak in eerste aanleg voor u heeft behandelt. U kunt ook kiezen voor een second opinion bij een andere advocaat.
Als er voldoende kansen zijn, kan hoger beroep worden aangetekend. Soms leidt het instellen van hoger beroep alsnog tot een schikking, bijvoorbeeld omdat de andere partij opziet tegen de tweede procedure in de zaak en de daaraan verbonden kosten.
Omdat de te verrichten handelingen bij het hoger beroep doorgaans overzichtelijk zijn, kan in veel gevallen vooraf een vaste prijs worden afgesproken voor het appèladvies en de appèlprocedure.
Sittard, 10 augustus 2012
Franco Kamps
KampsVanBaar Advocaten