Het
vertrouwen dat burgers in Nederland in het algemeen in de
politie hebben, heeft een stevige basis. Dit stellen onderzoekers van adviesbureau Kantar Public, die in opdracht van de politie verschillende onderzoeken naar het vertrouwen in de politie hebben gedaan.
Toch bestaat er ook een groep kritische burgers die breed is samengesteld. De politie wil zich blijven inzetten op het verbeteren van het vertrouwen en richt zich daarbij ook op Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond, die minder vertrouwen hebben in de politie dan de totale groep Nederlanders.
Wat is onderzocht?
De politie doet regelmatig onderzoek naar hoe de samenleving naar ons kijkt. Dat is belangrijk, omdat de legitimiteit van de politie staat of valt bij het vertrouwen van mensen. Uit onderzoek blijkt dat dat vertrouwen (blijvend) hoog is. De kracht van de politie ligt volgens burgers in het optreden bij ongeregeldheden, criminaliteit bestrijden en er voor burgers zijn als het er echt om gaat. De politie is betrouwbaar, moedig en hulpvaardig. Elke dag werken politiemensen er hard aan om dat vertrouwen waar te maken.
Toch is er ook een groep kritische burgers, die divers is samengesteld wat betreft leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, grootte van huishouden, etc. De politie wil weten wat de achtergrond van hun onvrede is. Ook is deze keer apart onderzocht in hoeverre burgers met een niet-westerse achtergrond de politie vertrouwen.
Onderzoek burgers met weinig vertrouwen
Uit aanvullend onderzoek onder burgers met weinig vertrouwen in de politie blijkt dat het deels gaat om mensen die in het algemeen kritisch of wantrouwend staan tegenover de overheid. Een aantal mensen is ontevreden omdat ze weinig van de politie hoorden na een aangifte. Anderen zijn teleurgesteld in het gedrag van de politie. Bijvoorbeeld omdat zonder duidelijke aanleiding steeds hun auto is gecontroleerd. Een vierde reden is dat burgers in aanraking zijn gekomen met de politie en daar ontevreden over zijn. Bijvoorbeeld over de manier waarop de politie meewerkte aan een uithuiszetting.
Onderzoek burgers niet-westerse achtergrond
Burgers met een niet-westerse migratieachtergrond hebben minder vertrouwen in de politie dan de totale groep burgers in Nederland. De politie kan bij deze burgers meer krediet opbouwen als ze goed blijft uitleggen waarom ze wel of niet in actie komt. De politie moet zich ook meer verplaatsen in de situatie van burgers met een niet-westerse migratieachtergrond.
De politie wil het vertrouwen in en de reputatie van de politie onder deze mensen graag verbeteren. Verbinding met en het vertrouwen van alle bevolkingsgroepen is voor de politie cruciaal. Daarom werkt de politie er hard aan dit vertrouwen te vergroten. Zo streeft de politie er bij de werving bijvoorbeeld naar om meer aspiranten aan te nemen met een niet-westerse migratieachtergrond en werkt zij aan het verbeteren van professioneel controleren. Om dit alles in goede banen te leiden heeft de politie een speciaal programma dat intern en extern aan verbeteringen werkt, genaamd ‘Politie voor Iedereen’.
Adviezen
De politie wil de adviezen uit de onderzoeken toepassen in de praktijk. Wederzijds vertrouwen en een goede relatie met burgers blijft deel uitmaken van de training van politiemensen. Ook wil de politie tegenover iedereen duidelijk zijn over de taken van de politie en meer uitleg geven over de keuzes en dilemma’s waar agenten mee te maken hebben. De politie onderzoekt hoe de dienstverlening aan burgers rondom aangiftes en meldingen beter kan.