Huisarts kan in veel gevallen met bloedtest trombose uitsluiten

Foto: Ruud Oudega van het Julius Centrum van het UMC Utrecht

Donderdag 13 oktober is het Wereld Trombosedag. De dag wordt georganiseerd om meer aandacht voor het herkennen en behandelen van trombose te krijgen.

Trombose kan fataal zijn, maar klachten van een trombosebeen of een longembolie kunnen ook heel goed passen bij eenvoudige alledaagse aandoeningen. Sinds kort heeft de huisarts een grotere rol gekregen bij het opsporen van trombose.

Een dikke, pijnlijke kuit, arm of been kan wijzen op een trombose, maar kan ook passen bij een spierscheurtje of een kneuzing. Tekenen voor een longembolie zijn plotselinge kortademigheid met meestal pijn bij het ademen. Bij een flinke verkoudheid of toename van een longaandoening ontstaan echter vergelijkbare klachten. Trombose lijkt wat klachten betreft vaak op een eenvoudige aandoening, maar kan helaas ook verraderlijk een fatale afloop hebben. De angst die veel mensen hebben voor trombose is dan ook op zijn plaats.

Trombose komt vaak voor na een gipsbehandeling bij een beenbreuk, na een knie- of heupoperatie, of bijvoorbeeld bij kanker. Jaarlijks krijgen ongeveer 10.000 Nederlanders een longembolie en rond de 15.000 Nederlanders een trombosebeen.

Tijdens de Wereld Trombose wordt dan in veel ziekenhuizen trombose onder de aandacht gebracht. De Trombosestichting Nederland heeft voor deze Internationale dag een video ontwikkeld waarin helder wordt uitgelegd welke symptomen kunnen wijzen op trombose. Iedereen kan deze video gratis downloaden en doorsturen (www.trombosestichting.nl).

Gelukkig is er ook een andere kant van de medaille. Bij slechts een beperkt deel van de mensen met klachten van een pijnlijk dik been of plotselinge kortademigheid, blijkt een trombosebeen of een longembolie de oorzaak van deze klachten te zijn. De huisarts is als poortwachter de aangewezen persoon om na te gaan welke mensen gerustgesteld kunnen worden en wie direct doorverwezen moet worden voor nader onderzoek in een ziekenhuis.

Met 7 eenvoudige vragen en een bloedtest kan de huisarts bij de helft van de patiënten een trombosebeen of een longembolie uitsluiten. De andere helft van de patiënten wordt doorgestuurd voor een echo-onderzoek van het been of voor een CT-scan bij verdenking op een longembolie.

Begin september is een onderzoek gestart naar een bloedtest waarmee huisartsen in hun praktijk trombose kunnen uitsluiten. Bijna 3000 huisartsen zijn uitgenodigd om deel te nemen, waaronder de huisartsen uit Limburg. Het laboratorium van Zuyderland MC verleent belangeloos medewerking. Met een groot aantal deelnemers kan in een half jaar dit onderzoek worden uitgevoerd en kan een test voor de huisarts beschikbaar komen.

Het onderzoek naar de bloedtest wordt geleid door Ruud Oudega van het Julius Centrum van het UMC Utrecht. Deze onderzoeker ontwikkelde ook de beslisregel met 7 vragen die huisartsen nu gebruiken om een trombosebeen uit te sluiten.

Cookieinstellingen